Doxford Scheepsmotor
Re: Doxford Scheepsmotor
Alfons,
Als ik het plaatje bekijk zie ik 3 drukvulgroepen in plaats van 2. Voor elke 2 cilinder unit's een turbo.
Als ik het plaatje bekijk zie ik 3 drukvulgroepen in plaats van 2. Voor elke 2 cilinder unit's een turbo.
Groeten Jeroen
-
averheijden
Re: Doxford Scheepsmotor
Foutje: je hebt gelijk!!!jeroen schreef:Alfons,
Als ik het plaatje bekijk zie ik 3 drukvulgroepen in plaats van 2. Voor elke 2 cilinder unit's een turbo.
Het zal dan een "stootsyteem" zijn, dus zonder uitlaatgassen receiver, hetgeen een beter rendement geeft.
Het blijkt dat dit dus kritisch bekeken wordt, en zo hoort het!
Mvg
Alfons
-
averheijden
Re: Doxford Scheepsmotor
DOXFORD "P" MOTOREN
Schema
..Principe van de werking
(a) Toont de positie van de zuigers in het uiterste dode punt
Spoel- en uitlaatpoorten zijn vol geopend en laten onder druk spoellucht toe vanuit de spoellucht kanaal in de cilinder en drijven de afgewerkte gassen uit de cilinder door de uitlaatpoorten.
(b) Zuigers komen naar elkaar toe, de spoellucht poorten zijn gesloten, maar de uitlaatpoorten zijn nog gedeeltelijk open waardoor het laatste uitlaatgas kan verdwijnen.
(c) Alle poorten zijn nu gesloten en de zuigers bewegen naar elkaar toe waardoor de lucht snel gecomprimeerd wordt en de temperatuur sterk stijgt.
(d) Zuigers staan nu in top (IDC), brandstof wordt ingespoten en de hoge compressie temperatuur zorgt voor de ontsteking waardoor de verbranding plaats vind van ongeveer 15 - 16 krukgraden voor Top tot 18-19 graden na top bij Volle Kracht rekening houdend met de inspuit – en ontstekingsvertraging waarvan de laatste bij zwareolie groter is dan bij dieselolie.
(e) Zuigers bewegen weer uit elkaar (verbrandingsslag), expansie van de gassen vind plaats tot de bovenzuiger de uitlaatpoorten begint te openen en de uitlaatgassen ontsnappen, hetzij in de uitlaatgassen receiver (gelijke druk systeem) of rechtstreeks naar de turboblowers (stootssysteem)
(f) Toont de zuigers in de nabijheid van het onderste dode punt (ODC) waarbij de spel- en uitlaatpoorten gedeeltelijk geopend zijn en spoellucht toelaten in de cilinder en de uitlaatgassen voor zich uitdrijven.
Mvg
Alfons
Schema
- 03345C0829EA40D9A9EE5B26DE36758B.png (65.54 KiB) 1740 keer bekeken
(a) Toont de positie van de zuigers in het uiterste dode punt
Spoel- en uitlaatpoorten zijn vol geopend en laten onder druk spoellucht toe vanuit de spoellucht kanaal in de cilinder en drijven de afgewerkte gassen uit de cilinder door de uitlaatpoorten.
(b) Zuigers komen naar elkaar toe, de spoellucht poorten zijn gesloten, maar de uitlaatpoorten zijn nog gedeeltelijk open waardoor het laatste uitlaatgas kan verdwijnen.
(c) Alle poorten zijn nu gesloten en de zuigers bewegen naar elkaar toe waardoor de lucht snel gecomprimeerd wordt en de temperatuur sterk stijgt.
(d) Zuigers staan nu in top (IDC), brandstof wordt ingespoten en de hoge compressie temperatuur zorgt voor de ontsteking waardoor de verbranding plaats vind van ongeveer 15 - 16 krukgraden voor Top tot 18-19 graden na top bij Volle Kracht rekening houdend met de inspuit – en ontstekingsvertraging waarvan de laatste bij zwareolie groter is dan bij dieselolie.
(e) Zuigers bewegen weer uit elkaar (verbrandingsslag), expansie van de gassen vind plaats tot de bovenzuiger de uitlaatpoorten begint te openen en de uitlaatgassen ontsnappen, hetzij in de uitlaatgassen receiver (gelijke druk systeem) of rechtstreeks naar de turboblowers (stootssysteem)
(f) Toont de zuigers in de nabijheid van het onderste dode punt (ODC) waarbij de spel- en uitlaatpoorten gedeeltelijk geopend zijn en spoellucht toelaten in de cilinder en de uitlaatgassen voor zich uitdrijven.
Mvg
Alfons
-
averheijden
Re: Doxford Scheepsmotor
DOXFORD “P” MOTOREN
POORTEN SCHEMA
Merk op:
Bij de uitvoering met Turboblowers openen de uitlaatpoorten 33 krukgraden voor het openen van de spoelpoorten (A-C)
Het komt het vermogen van de Turboblowers ten goede
Bij motoren zonder Turbo’s, dus met zuigerpompen zou dat slechts20 krukgraden zijn.
Bij de Turboblower uitvoering staan de uitlaatpoorten nog slechts 15 krukgraden open voordat de spoelpoorten gesloten worden (B-D)
Dit om het verlies aan spoellucht te beperken.
Bij motoren met zuigerpompen is dit 12 krukgraden.
De uitvoering is volgens het “impulssysteem = stootsysteem” voor een beter turbo rendement.
Na de cilinders is er een zeer korte pijpverbinding met de turbo’s, dus geen verzamel uitlaatgassen receiver.
Na de turbo’s stroomt het uitlaatgas of direct naar de schoorsteen of via een warmtewisselaar, eigenlijk altijd dit laatste.
Dit kan zijn een uitlaatgassenketel met een bypass uitlaatgassenklep of een economizer, ook meestal dit laatste.
De economizer is voorzien van pijpen in een spiraal, die op hun beurt van stalen vinnen zijn voorzien voor betere warmteoverdracht
Op een tussendek staat een stoom-watervat waaruit een circulatie pomp dit water door de economizer pompt en het water/stoom mengsel weer terug.
Stoom wordt betrokken uit de top van dit vat, en een voedingpomp zorgt voor het juiste waterpeil.
Een hulpketel voor in de haven staat parallel aan dit vat gekoppeld en kan met sludge gestookt worden.
Zo was de uitvoering op één van mijn laatste full-containerschepen, (ZONDER DOXFORD!)
Mvg
Alfons
POORTEN SCHEMA
- F9085F4D0C604A7B9940AEBB9F0FAA64.png (80.09 KiB) 1739 keer bekeken
Bij de uitvoering met Turboblowers openen de uitlaatpoorten 33 krukgraden voor het openen van de spoelpoorten (A-C)
Het komt het vermogen van de Turboblowers ten goede
Bij motoren zonder Turbo’s, dus met zuigerpompen zou dat slechts20 krukgraden zijn.
Bij de Turboblower uitvoering staan de uitlaatpoorten nog slechts 15 krukgraden open voordat de spoelpoorten gesloten worden (B-D)
Dit om het verlies aan spoellucht te beperken.
Bij motoren met zuigerpompen is dit 12 krukgraden.
De uitvoering is volgens het “impulssysteem = stootsysteem” voor een beter turbo rendement.
Na de cilinders is er een zeer korte pijpverbinding met de turbo’s, dus geen verzamel uitlaatgassen receiver.
Na de turbo’s stroomt het uitlaatgas of direct naar de schoorsteen of via een warmtewisselaar, eigenlijk altijd dit laatste.
Dit kan zijn een uitlaatgassenketel met een bypass uitlaatgassenklep of een economizer, ook meestal dit laatste.
De economizer is voorzien van pijpen in een spiraal, die op hun beurt van stalen vinnen zijn voorzien voor betere warmteoverdracht
Op een tussendek staat een stoom-watervat waaruit een circulatie pomp dit water door de economizer pompt en het water/stoom mengsel weer terug.
Stoom wordt betrokken uit de top van dit vat, en een voedingpomp zorgt voor het juiste waterpeil.
Een hulpketel voor in de haven staat parallel aan dit vat gekoppeld en kan met sludge gestookt worden.
Zo was de uitvoering op één van mijn laatste full-containerschepen, (ZONDER DOXFORD!)
Mvg
Alfons
-
averheijden
Re: Doxford Scheepsmotor
DOXFORD "P" MOTOREN
Fundatie, Hoofdaslagers en smeerolie aflooptank (sump)
De fundatieplaat is het gedeelte waarop de motor is gebouwd en bestaat uit een doos constructie
Deze staat op een versterkte dubbele bodem met de spanten (wrangen) dicht op elkaar.
Bovendien zijn het volle wrangen evenals onder ketelfundaties, stuwblok, tunnelasstoelen en onder waterdichte schotten, en ook waar de dubbele bodem van hoogte verandert.
Volle wrangen zijn wrangen zonder ovale besparingsgaten, wel met loggaten in de hoeken.
Op bepaalde afstand zijn de versterkte dwarsschotten geplaatst met houders en waarin de hoofdaslagers komen te rusten
Elk lager bestaat uit een stalen onderschaal, voorzien van 6 mm dik witmetaal en een gietstalen bovenhelft eveneens voorzien van witmetaal
Aan de onderzijden wordt de smeerolie toegevoerd, zie schema.
Op de topplaat van de dubbele bodem zijn 2 zware machinaal bewerkte strippen gelast in langs richting waarop de motorfundatie via vulstukken komt te rusten.
De vulstukken waardoor de fundatie bouten komen worden ter plaatse pasgemaakt.
Mijn ervaring bij één hier niet nader te noemen Nederlandse nieuwbouwwerf is dat met het z.g. pasmaken met de “Franse slag”, dus onnauwkeurig gebeurt, mede dat dit een heidens langdurig karwei is
Voor een 3 en 4 cilinder bestaat de motorfundatie uit één stuk, voor meer cilinders uit 2 stukken
Ze bestaan uit gelast plaatstaal, en de lassen zijn uitgegloeid.
Men spreekt van plaatstaal bij minder dan 2% koolstof
In de fundatieplaat zijn een of meer grove filterplaten aangebracht om te voorkomen dat grove stukken materiaal in de olie afvoertank (sump) kunnen vallen.
De sump, smeerolie aflooptank” hangt in de dubbele bodem en is altijd vrij van de scheepshuid gescheiden door een kofferdam waarop gelensd kan worden.
De kolommen zijn van het “A” type en van gelaste staalplaat en met bouten aan de fundatieplaat verbonden en boven elk hoofdaslager aangebracht.
De kolommen steunen de verder opbouw (motor frame) en vormen samen met de beplating de krukkast.
Elke kolom is van een dubbele plaat constructie, versterkt en machinaal bewerkte oppervlakken waar zij een verbinding vormen met andere delen, zoals voor leibanen, carterplaten, motor fundatie en topframe
Het blijkt dat bij deze “P” motoren in de top van de krukkast een smeerolie aflooptank gemonteerd is voor de koeling van de onderzuiger
(Misschien kan Harry er achter komen of dat bij de "J" Motor ook zo is.)
Tevens zijn er in de loop van dit Forum nog meer vragen op Harry afgevuurd en misschien kan hij hierin verheldering brengen.
De krukkast is verder voorzien van aluminium inspectiedeksels welke een makkelijke en vlugge toegang toe laten tot de belangrijke machinedelen.
Per cilinder zijn er 2 ontlastkleppen geplaatst op de krukkast
Mvg
Alfons.
Fundatie, Hoofdaslagers en smeerolie aflooptank (sump)
De fundatieplaat is het gedeelte waarop de motor is gebouwd en bestaat uit een doos constructie
Deze staat op een versterkte dubbele bodem met de spanten (wrangen) dicht op elkaar.
Bovendien zijn het volle wrangen evenals onder ketelfundaties, stuwblok, tunnelasstoelen en onder waterdichte schotten, en ook waar de dubbele bodem van hoogte verandert.
Volle wrangen zijn wrangen zonder ovale besparingsgaten, wel met loggaten in de hoeken.
Op bepaalde afstand zijn de versterkte dwarsschotten geplaatst met houders en waarin de hoofdaslagers komen te rusten
Elk lager bestaat uit een stalen onderschaal, voorzien van 6 mm dik witmetaal en een gietstalen bovenhelft eveneens voorzien van witmetaal
Aan de onderzijden wordt de smeerolie toegevoerd, zie schema.
- 8B39BFC287F742F1AAEF83D63EEEBD08.png (669.41 KiB) 1706 keer bekeken
De vulstukken waardoor de fundatie bouten komen worden ter plaatse pasgemaakt.
Mijn ervaring bij één hier niet nader te noemen Nederlandse nieuwbouwwerf is dat met het z.g. pasmaken met de “Franse slag”, dus onnauwkeurig gebeurt, mede dat dit een heidens langdurig karwei is
Voor een 3 en 4 cilinder bestaat de motorfundatie uit één stuk, voor meer cilinders uit 2 stukken
Ze bestaan uit gelast plaatstaal, en de lassen zijn uitgegloeid.
Men spreekt van plaatstaal bij minder dan 2% koolstof
In de fundatieplaat zijn een of meer grove filterplaten aangebracht om te voorkomen dat grove stukken materiaal in de olie afvoertank (sump) kunnen vallen.
De sump, smeerolie aflooptank” hangt in de dubbele bodem en is altijd vrij van de scheepshuid gescheiden door een kofferdam waarop gelensd kan worden.
De kolommen zijn van het “A” type en van gelaste staalplaat en met bouten aan de fundatieplaat verbonden en boven elk hoofdaslager aangebracht.
De kolommen steunen de verder opbouw (motor frame) en vormen samen met de beplating de krukkast.
Elke kolom is van een dubbele plaat constructie, versterkt en machinaal bewerkte oppervlakken waar zij een verbinding vormen met andere delen, zoals voor leibanen, carterplaten, motor fundatie en topframe
Het blijkt dat bij deze “P” motoren in de top van de krukkast een smeerolie aflooptank gemonteerd is voor de koeling van de onderzuiger
(Misschien kan Harry er achter komen of dat bij de "J" Motor ook zo is.)
Tevens zijn er in de loop van dit Forum nog meer vragen op Harry afgevuurd en misschien kan hij hierin verheldering brengen.
De krukkast is verder voorzien van aluminium inspectiedeksels welke een makkelijke en vlugge toegang toe laten tot de belangrijke machinedelen.
Per cilinder zijn er 2 ontlastkleppen geplaatst op de krukkast
Mvg
Alfons.
-
Harry G. Hogeboom
- Berichten: 14449
- Lid geworden op: 22 jul 2004 02:07
- Locatie: Canada
Re: Doxford Scheepsmotor
Alphons,
De "Pionier" heeft al een heel poossie een ander vaargebied.
De "Pionier" heeft al een heel poossie een ander vaargebied.
MVG HGH.
"Don't sweat the small stuff"
"Don't sweat the small stuff"
-
averheijden
Re: Doxford Scheepsmotor
EN…. DAT IE NOU ECHT MOOOOI LOOPT ZIJN WE HET NU WEL EENSHarry G. Hogeboom schreef:Alphons,
Loopt ie mooi??? Tjonge jonge loopt die kar MOOOOOOI!Ik denk dat ik veilig kan stellen dat ik de enige gekwalificeerde Kombuizer ben die er "recent eentje heeft horen en zien lopen" en er van heeft genoten mag ik wel stellen.
Tjonge jonge WAT loopt ie mooi!!!!
Tjonge jonge wat ben ik blij dat ik die kar nog goed heb kunnen "ervaren" aan het eind van m'n karriere!!!
Tjonge jonge wat dank ik Onze Lieve Heer op een blote knietjes op de plaat dat ik er NOOIT mee heb hoeven te varen!!!
KIJK MAAR!!!
http://www.youtube.com/watch?v=BMb5GLMdFNY
Als u goed hebt gekeken zag u deze reservedelen op het bovenbordes staan
* Geleidestuk voor bovenzuiger
* En minimaal 2 Jukken, waarschijnlijk 4
- 4CE8203B5A664C3DB8805C0D994C0552.png (87.51 KiB) 1705 keer bekeken
http://www.youtube.com/watch?v=xka_Tfdti64&NR=1
De min of meer de concurrent van DOXFORD de Harland & Wolf B&W
http://www.youtube.com/watch?v=9wcMdqGVuS4
Mvg
Alfons
-
averheijden
Re: Doxford Scheepsmotor
DOXFORD "P" MOTOREN
Cilinder unit
De cilinder unit als geheel zit bevestigd in het motorframe en bestaat uit boven en een onder cilindervoering, daartussen een verbrandingskamer.
Note:
Van de voering uit 2 gedeelten is men later toch weer van afgestapt bij de “J” Motoren zie:
viewtopic.php?f=1&t=1221&st=0&sk=t&sd=a&start=1104
Waar men het verschil ziet tussen de door DOXFORD toegepaste cilindervoeringen
De verbindingsbouten zitten tussen het uitlaatstuk rondom de bovenste voering en de koelmatel rondom de onderste cilindervoering.
De cilindervoeringen
Zijn vervaardigd van speciaal gietijzer en hebben rondgaande koelribben aangrenzend aan de verbrandingskamer.
Om de rondgaande koelribben zijn stalen ringen gekrompen voor extra sterkte.
5 op gelijke afstand verdeelde tapgaten zijn aangebracht op elke voering voor de smeernippels van de getimde cilindersmering.
In de bovenvoering zitten de uitlaatpoorten en in de ondervoering de spoelpoorten
Om lekkage van water of gas te voorkomen wanneer de voeringen uitzetten of krimpen zijn rubberringen in groeven aangebracht rondom de cilindervoeringen.
De afdichting van de cilindervoeringen op de verbrandingskamer geschied door een koperen ring
Verbrandingskamer
Dit is een stalen gietstuk met kanalen in de kern en toe- en afvoer poorten voor koelwaterpassage.
Er zijn machinaal radiale openingen aangebracht voor 2 brandstof, 1 aanzet en 1 ontlastklep, en tevens één voor de indicateur
Uitlaatstuk
Ook het gietijzeren uitlaatstuk is voorzien van koelkanalen en aansluitingen voor toe-en afvoer van het koelwater en tevens voor koeling van de bovenste voering
Onderste koelmantel
Is uitgeboord om de onderste voering er in aan t brengen
Een flens aan de bovenzijde is verbonden met de onderzijde van de verbrandingskamer.
Koel in- en uitlaat poorten in de mantel hebben machinaal bewerkte oppervlakken voor de flens verbindingen
Schraapringhouder
De uit 2 helften bestaande schraapringhouder bevat 3 gietijzeren schraapringen en is met tapbouten bevestigd aan de top van het uitlaatstuk.
Het zijn naar binnen klemmende zuigerveren die om het zuigerhemd klemmen
Het vormt een afdichting tussen het hemd van de bovenzuiger en de omgeving ter voorkoming dat uitlaatgas in de machinekamer lekt
Mvg
Alfons
Cilinder unit
- 5E762D35BEC3480CB8930A4DFCF08A87.png (118.15 KiB) 1704 keer bekeken
Note:
Van de voering uit 2 gedeelten is men later toch weer van afgestapt bij de “J” Motoren zie:
viewtopic.php?f=1&t=1221&st=0&sk=t&sd=a&start=1104
Waar men het verschil ziet tussen de door DOXFORD toegepaste cilindervoeringen
De verbindingsbouten zitten tussen het uitlaatstuk rondom de bovenste voering en de koelmatel rondom de onderste cilindervoering.
De cilindervoeringen
Zijn vervaardigd van speciaal gietijzer en hebben rondgaande koelribben aangrenzend aan de verbrandingskamer.
Om de rondgaande koelribben zijn stalen ringen gekrompen voor extra sterkte.
5 op gelijke afstand verdeelde tapgaten zijn aangebracht op elke voering voor de smeernippels van de getimde cilindersmering.
In de bovenvoering zitten de uitlaatpoorten en in de ondervoering de spoelpoorten
Om lekkage van water of gas te voorkomen wanneer de voeringen uitzetten of krimpen zijn rubberringen in groeven aangebracht rondom de cilindervoeringen.
De afdichting van de cilindervoeringen op de verbrandingskamer geschied door een koperen ring
Verbrandingskamer
Dit is een stalen gietstuk met kanalen in de kern en toe- en afvoer poorten voor koelwaterpassage.
Er zijn machinaal radiale openingen aangebracht voor 2 brandstof, 1 aanzet en 1 ontlastklep, en tevens één voor de indicateur
Uitlaatstuk
Ook het gietijzeren uitlaatstuk is voorzien van koelkanalen en aansluitingen voor toe-en afvoer van het koelwater en tevens voor koeling van de bovenste voering
Onderste koelmantel
Is uitgeboord om de onderste voering er in aan t brengen
Een flens aan de bovenzijde is verbonden met de onderzijde van de verbrandingskamer.
Koel in- en uitlaat poorten in de mantel hebben machinaal bewerkte oppervlakken voor de flens verbindingen
Schraapringhouder
De uit 2 helften bestaande schraapringhouder bevat 3 gietijzeren schraapringen en is met tapbouten bevestigd aan de top van het uitlaatstuk.
Het zijn naar binnen klemmende zuigerveren die om het zuigerhemd klemmen
Het vormt een afdichting tussen het hemd van de bovenzuiger en de omgeving ter voorkoming dat uitlaatgas in de machinekamer lekt
Mvg
Alfons
-
averheijden
Re: Doxford Scheepsmotor
DOXFORD "P" MOTOREN
De Krukas
Deze is opgebouwd van hoogwaardig stalen smeedstukken met hoge treksterkte
Voor een 3 cilinder uit een enkele krukas en uit 2 delen bij meer dan 3 cilinders en dan verbonden met een stijve koppeling.
3 Krukken per cilinder en uitgebalanceerd door verlenging van de midden krukwangen en door door geboorde gaten in elke midden krukpen.
2 proppen werden aangebracht in het gat van de midden krukpen om vervorming tijdens het krimpen te voorkomen.
Een geboord gat tussen elke krukpen en zij-krukpen vormt een kanaal voor de smeerolie
Een machinaal bewerkte flens aan de voorzijde is voor de Bibby Detuner wanneer deze is aangebracht (bij meer dan 3 cilinders)
De 2 flenzen aan het achterste einde zijn voor het tornwiel en voor aanbrengen van het kettinwiel voor aandrijving van brandstofpompen en nokkenas.
6 Cilinder motoren zijn voorzien van een gescheiden stuwblok welke is verbonden met de flens van de tornmachine
Mvg
Alfons
- C71AEFAB140E4864960E8F12F6196CB3.png (356.72 KiB) 1703 keer bekeken
Deze is opgebouwd van hoogwaardig stalen smeedstukken met hoge treksterkte
Voor een 3 cilinder uit een enkele krukas en uit 2 delen bij meer dan 3 cilinders en dan verbonden met een stijve koppeling.
3 Krukken per cilinder en uitgebalanceerd door verlenging van de midden krukwangen en door door geboorde gaten in elke midden krukpen.
2 proppen werden aangebracht in het gat van de midden krukpen om vervorming tijdens het krimpen te voorkomen.
Een geboord gat tussen elke krukpen en zij-krukpen vormt een kanaal voor de smeerolie
Een machinaal bewerkte flens aan de voorzijde is voor de Bibby Detuner wanneer deze is aangebracht (bij meer dan 3 cilinders)
De 2 flenzen aan het achterste einde zijn voor het tornwiel en voor aanbrengen van het kettinwiel voor aandrijving van brandstofpompen en nokkenas.
6 Cilinder motoren zijn voorzien van een gescheiden stuwblok welke is verbonden met de flens van de tornmachine
Mvg
Alfons
-
averheijden
Re: Doxford Scheepsmotor
DOXFORD “P” Motoren
Het Stuwblok
Bij een 3,4 en 5 cilinder motor vormt het stuwblok één geheel met de motor fundatie en is geplaatst aan het achtereinde van de motor op de motorfundatie.
Het stuwblok van een 5 cilinder motor bestaat uit een gietijzeren huis welke 14 stuwblokjes (7 aan elke zijde van de kraag) en vervaardigd van “gunmetal” (geschutsmetaal ?) welke voorzien zijn van witmetaal.
Aan elke zijde worden de Mitchell blokjes (kantelblokjes) opgesloten door een stalen drukring die in het stuwblokhuis is opgesloten
Bij 3 en 4 cilinder motoren zijn er 16 kantelblokjes
Bij een 6 cilinder wordt een afzonderlijk stuwblok aangebracht, vrij van de motorfundatie om de geleverde stuwdruk geleverd door de schroef over te brengen op het schip
Aan elke zijde van de stuwas is een flens voor bevestiging aan de krukas en voor de tussenas of eventueel de tunnelas.
Het achterste stuwblok lager bestaat uit 5 gunmetal en met witmetaal gevoerde lagerstukken welke op hun plaats worden gehouden door een witmetaal gevoerde lagerhouder (boven)
Het gehele stuwblok is volledig gesloten en op de uiteinden van olie afdichtingen voorzien.
± 60% van de omtrek wordt gebruikt voor de kantelblokjes, zodat op het topdeksel van het stuwblok geen krachten komen.
Op het topdeksel is een kijkglas aangebracht om de smering te kunne observeren.
Smering vind plaats vanaf het hoofdsmeerolie systeem
Sproeiers spuiten smeerolie op de kraag via een extra smeeroliefilter.
De smeerolie aflooppijp is van een binnenpijp voorzien zodat het onderste deel van de kraag en kantelblokjes omgeven zijn met smeerolie en loopt terug in het carter.
Reservedelen worden geleverd voor zowel de kantelblokjes als voor de lagerstukken voor het stuwblok eindlager
Mvg
alfons
Het Stuwblok
- 2070733010394205B6CEC39B6DE38325.png (436.23 KiB) 1702 keer bekeken
Het stuwblok van een 5 cilinder motor bestaat uit een gietijzeren huis welke 14 stuwblokjes (7 aan elke zijde van de kraag) en vervaardigd van “gunmetal” (geschutsmetaal ?) welke voorzien zijn van witmetaal.
Aan elke zijde worden de Mitchell blokjes (kantelblokjes) opgesloten door een stalen drukring die in het stuwblokhuis is opgesloten
Bij 3 en 4 cilinder motoren zijn er 16 kantelblokjes
Bij een 6 cilinder wordt een afzonderlijk stuwblok aangebracht, vrij van de motorfundatie om de geleverde stuwdruk geleverd door de schroef over te brengen op het schip
Aan elke zijde van de stuwas is een flens voor bevestiging aan de krukas en voor de tussenas of eventueel de tunnelas.
Het achterste stuwblok lager bestaat uit 5 gunmetal en met witmetaal gevoerde lagerstukken welke op hun plaats worden gehouden door een witmetaal gevoerde lagerhouder (boven)
Het gehele stuwblok is volledig gesloten en op de uiteinden van olie afdichtingen voorzien.
± 60% van de omtrek wordt gebruikt voor de kantelblokjes, zodat op het topdeksel van het stuwblok geen krachten komen.
Op het topdeksel is een kijkglas aangebracht om de smering te kunne observeren.
Smering vind plaats vanaf het hoofdsmeerolie systeem
Sproeiers spuiten smeerolie op de kraag via een extra smeeroliefilter.
De smeerolie aflooppijp is van een binnenpijp voorzien zodat het onderste deel van de kraag en kantelblokjes omgeven zijn met smeerolie en loopt terug in het carter.
Reservedelen worden geleverd voor zowel de kantelblokjes als voor de lagerstukken voor het stuwblok eindlager
Mvg
alfons