KPM

Een gezellig, leuk en informatief Scheepvaartforum
beijk

Re: KPM

Bericht door beijk »

b]Het waren niet altijd mooie Witte uniformen en overals[b

Op de foto 2de WTK Ron Holman e 4de WTK Renirus Beijk a/b ss Reael in de jaren 1955-1956

Met als bijzonderheid een Indonesische HoofdWTk T. Sastromdjodjo een baas waarbij ik met veel genoegen aan terug denkt
Bijlagen
Rang en RR.jpg
Rang en RR.jpg (80.13 KiB) 5703 keer bekeken

Evert Sikkema
Berichten: 995
Lid geworden op: 31 dec 2004 18:07

Re: KPM

Bericht door Evert Sikkema »

Afbeelding
Beijk, hierbij een foto van de Reael.

groeten
Evert Sikkema
beijk

Re: KPM

Bericht door beijk »

Hier de ranglijst uit 1956 met op de 49ste plaats de hoofdwtk van het ss Reael
Bijlagen
Ranglijst 1956 KPM 2.jpg
Ranglijst 1956 KPM 2.jpg (290.53 KiB) 5676 keer bekeken
Bob R.I.P.
Berichten: 3142
Lid geworden op: 19 sep 2008 18:00
Locatie: Langedijk

Re: KPM

Bericht door Bob R.I.P. »

Voor een kennis zoek ik een foto van de Tjisedaneh. Hij kwam met dit schip als kleine jongen terug ui Indie.

Bob
't Leven is niet altoid roist met krente, 't is ok welders gortepap die skift is.
Gebruikersavatar
Drentenier
Berichten: 2201
Lid geworden op: 12 mei 2010 14:13
Locatie: Gasselte

Re: KPM

Bericht door Drentenier »

Hoi Bob,
Zie http://www.prinsesirenebrigade.nl/Indis ... avanne.htm
Gewoon googelen op afbeeldingen met de scheepsnaam. Er zit helaas copyright op dit verhaal dus zal ik de foto zonder toestemming van de webmaster maar niet plaatsen.
Groet,
Hans
Evert Sikkema
Berichten: 995
Lid geworden op: 31 dec 2004 18:07

Re: KPM

Bericht door Evert Sikkema »

Bob, als je mij een PBtje stuurt met je e-mail adres kun je van mij wel een aantal foto's van het schip krijgen. Ik heb meer dan 10 verschillende foto's.
Tussen 2 haakjes. Het schip voer voor de KJCPL in plaats van voor de KPM.
Trouwens als je bij het onderwerp: Varen in het Verre Oosten (RIL / KJCPL) links onderaan bij zoeken de naam TJISADANE intypt krijg je ook 11 onderwerpen (sommige met foto's) over dit schip.
Ook hier vindt je diverse foto's: https://www.google.nl/search?q=tjisadan ... 729#imgrc=_

groeten
Evert Sikkema
pieterv

Re: KPM

Bericht door pieterv »

De laatste vlag van de Ophir hangt weer in top op deze Koningsdag!
Gebruikersavatar
jdbvos
Berichten: 10598
Lid geworden op: 22 apr 2006 16:17
Locatie: Groningen
Contacteer:

Re: KPM

Bericht door jdbvos »

Chris Howell plaatste op StS deze -voor mij geloof ik nog onbekende- trieste foto's van de Boissevain en de Ruys, vlak na aankomst bij de sloper te Kaohsiung
Bijlagen
resized_RUYS-arriving-breakers-7-10-1968-KAOHSIUNG.jpg
resized_RUYS-arriving-breakers-7-10-1968-KAOHSIUNG.jpg (152.94 KiB) 4157 keer bekeken
resized_BOISSEVAIN_-_RUYS-at-breakers-Kaohsiung-7-10-1968.jpg
resized_BOISSEVAIN_-_RUYS-at-breakers-Kaohsiung-7-10-1968.jpg (174.39 KiB) 4157 keer bekeken
Oost, west...ook best
beijk

Re: KPM

Bericht door beijk »

Notulen van de vergadering van de Ministerraad op 13 dec. 1957
*'s Morgens te 10 uur aangevangen en 's middags voortgezet, Trêveszaal.
Aanwezig: De Minister-President Drees en de Ministers Algera, Helders, Hofstra, Klompé,
Mansholt, Samkalden, Staf, Struycken, Suurhoff, Witte en Zijlstra (afwezig zijn de Ministers Cals
en Luns).
Secretaris: J. Middelburg.
- - -
3. Buitenlands beleid
a. De situatie in Indonesië (Zie notulen MR 10 december 1957. #Zie ook notulen MR 20/12/57,
punt 3g.)
Minister Klompé begrijpt uit berichten, dat de situatie op Java zo chaotisch is, dat er binnen twee
weken hongersnood kan ontstaan, wat het gevolg kan hebben, dat de gematigde elementen weer
meer naar de achtergrond wordt gedrongen. In dat geval behoeft men zich geen illusies over de
situatie van de Nederlanders te maken. Het is dan de vraag of enige voorziening ten aanzien van
de voedselsituatie niet nog dringender is geworden dan de evacuatie. Daarom ware na te gaan of
het mogelijk is met de Indonesische Regering tot een afspraak te komen, waarin men zich van
Nederlandse zijde bereid verklaart te helpen, dat het interinsulaire verkeer weer op gang komt.
Spreekster begrijpt, dat hierin het risico zit, dat de assuradeurs bijzonder geïnteresseerd zijn.
Misschien zou het daarom het beste zijn een derde land (India, Australië, Duitsland enz.) aan
Nederland te laten verzoeken in deze richting behulpzaam te zijn. Spreekster meent, dat aan onze
zaakgelastigde in Djakarta op korte termijn commentaar op de nieuwste ontwikkeling in de
Indonesische Regering gevraagd moet worden, dat in de tweede plaats haar gedachte inzake de
hulp aan de voedselsituatie wordt nagegaan en dat zonodig aan Minister Luns wordt gevraagd
voor dit doel naar Nederland terug te keren.
De Minister-President wijst erop, dat de directie van de KPM aan de Indonesische
Regering zou willen aanbieden het scheepvaartbedrijf te hervatten onder de voorwaarde, dat zij dit
in volle vrijheid en onder de Nederlandse vlag zal kunnen doen. Spreker acht het niet ondenkbaar,
dat dit zal worden aanvaard.
Minister Klompé stelt voor, dat aan de directie van de KPM wordt gevraagd of zij
contact met de Indonesische Regering heeft gehad. De Minister-President is van oordeel, dat men
aan de KPM zal moeten overlaten de onderhandelingen over de voorwaarden te voeren, maar dat
wel gevraagd zou kunnen worden hoe het ermede staat.
Minister Hofstra maant tot voorzichtigheid om de KPM tot een beslissing te
forceren: de molestassuradeurs zullen anders betogen, dat het bedrijf door de Nederlandse Staat is
overgenomen.
Minister Samkalden merkt op, dat de situatie nog steeds onzeker is en dat er
uiteenlopende mogelijkheden zijn zodat onze diplomatie bewegelijk zal moeten zijn. Spreker
meent, dat men onze zaakgelastigde niet verantwoordelijk kan stellen voor een volledig
onderkennen van de situatie in Indonesië. Onder deze omstandigheden betreurt spreker het
bijzonder, dat Minister Luns en Staatssecretaris Van der Beugel beiden weg zijn. Spreker is van
oordeel, dat Minister Luns niet langdurig buitenslands moet zijn. Wat de situatie in Indonesië
betreft kan men zeggen, dat òf deze geruime tijd nog even onzeker zal blijven als op het ogenblik
òf een zeker herstel in gematigde richting zal plaats vinden òf de ontwikkeling in communistische
richting zal gaan. Bij herstel in gematigde richting denkt spreker aan het inroepen van de hulp van
een of ander land, dat als tussenschakel tussen Nederland en Indonesië zal kunnen optreden. Bij
een ontwikkeling in communistische richting zal een aantal regelingen noodzakelijk zijn, die snel
tot stand moeten worden gebracht om van de Nederlandse belangen te redden wat mogelijk is.
Spreker meent, dat dit bij nood-KB moet gebeuren, welke zonder de normale procedure in het
Staatsblad moet komen. Afgesproken moet dan worden met welke ministers hierover zal worden
overlegd. Spreker ziet voorts nog twee vraagstukken, n.l. de organisatie van de repatriëring en de
kwestie hoever zich de bescherming van de Nederlandse schepen moet gaan uitstrekken.
Minister Staf sluit zich aan bij het oordeel van Minister Samkalden, dat Minister
Luns op het ogenblik in Den Haag aanwezig moet zijn, aangezien het kan zijn, dat het nemen van
beslissingen een kwestie van enkele uren is. Spreker meent voorts, dat in de drie gevallen, die
Minister Samkalden onderscheidde, de Nederlandse Regering weinig kan doen. Zij zal zich
daarom alleen moeten richten op het belang van de Nederlanders in Indonesië. Als er een beroep
komt van anderen voor steun aan hen, die door hongersnood lijden, dan zal Nederland zich
daarbij kunnen aansluiten. Men moet niets verwachten van een vriendschappelijker optreden
tegen de Nederlanders als een gematigder richting in Indonesië de overhand krijgt.
Minister Mansholt is verheugd, dat Minister Klompé het algemene punt van
hongersnood aan de orde heeft gesteld. Spreker meent, dat de eerste mogelijkheid, die Minister
Samkalden noemde (voortduren van de onzekerheid) de grootste kans zal hebben, maar toch
dient men rekening ermede te houden, dat plotseling iets kan gebeuren. Daarom meent ook
spreker, dat de Minister van Buitenlandse Zaken in het land moet zijn. Ook al is het juist, dat de
Regering zich in de eerste plaats moet richten op het belang van de Nederlanders, toch kan het
mogelijk zijn, dat Nederland op een of andere wijze de gematigde richting in Indonesië kan
steunen. Zo is het mogelijk, dat de Minister van Buitenlandse Zaken en de Ministerraad op een
bepaald ogenblik bereid zullen moeten zijn om met Indonesië tot een nauwe samenwerking te
komen. Het kan dan zijn, dat men dan de Nieuw-Guineakwestie aan de orde moet stellen.
Minister Witte erkent, dat het nodig kan zijn, dat Minister Luns hier is, maar het
kan ook zijn, dat hij beter in Parijs is, aangezien daar onze belangrijkste bondgenoten thans
bijeenkomen.
Minister Struycken onderstreept, dat Minister Luns in Parijs belangrijk werk kan
doen. Spreker betwijfelt of het belangrijker zou zijn als Minister Luns hier was, vooral nu er op
het ogenblik geen concreet punt is, waarop hij actie zou kunnen nemen.
De Minister-President merkt op, dat de Koningin met Minister Luns heeft gesproken
over de bezwaren als hij in deze omstandigheden buitenslands zou zijn, terwijl spreker zelf ook
nog eens deze kwestie met hem heeft nagegaan, maar Minister Luns is van oordeel, dat zijn
aanwezigheid in Parijs essentieel is, terwijl hij bovendien binnen enige uren in Nederland terug kan
zijn. Spreker acht het dan moeilijk van Minister Luns te verlangen, dat hij terugkeert, vooral nu
hiervoor op het ogenblik geen directe aanleiding is. Minister Staf is van mening, dat de Minister-
President wel aan Minister Luns zal kunnen vragen terug te komen als uit Indonesië bericht wordt
ontvangen, dat de situatie gewijzigd is.
De Minister-President vindt naar aanleiding van wat Minister Klompé over de
voedselnood heeft opgemerkt, dat niet aan een andere mogendheid gevraagd moet worden hierbij
behulpzaam te zijn, maar aan het Internationale Rode Kruis, dat dan ook oog kan houden op de
voedselsituatie van de Indonesische bevolking, hetgeen onzerzijds kan worden aangemoedigd.
Spreker heeft vernomen, dat Durand een vertegenwoordiger van het Internationale Rode Kruis,
die ook in Palestina en Indo-China is geweest, een bespreking heeft gehad met de Indonesische
vertegenwoordiger in Zwitserland om een visum te verkrijgen. Het is duidelijk, dat de
Indonesische Minister van Buitenlandse Zaken tracht bemiddeling door een ander land te
bereiken, maar hij heeft daarbij opnieuw gesteld, dat men dan moet uitgaan van de Indonesische
souvereiniteit over Nieuw-Guinea. Spreker ziet dan niet hoe wat te bereiken zou zijn via een
andere mogendheid. Er is een duidelijk antwoord door de Indonesische Premier op sprekers
telegram gegeven. De verklaring van de zaakgelastigde in Nederland Maramis is een aanwijzing,
dat de gematigden in Indonesië ook nog trachten invloed uit te oefenen. Spreker vindt niet, dat de
Regering moet stimuleren, dat de Nederlanders, die nog werken, uit Indonesië moeten weggaan.
Wel zal het zo moeten zijn, dat wie weg wil, uit Indonesië moet kunnen vertrekken. Wat de
noodregelingen betreft, waaromtrent Minister Samkalden sprak, vraagt spreker zich af of men
deze wel buiten de Ministerraad om moet vaststellen.
Minister Samkalden wilde eventuele nood-KB's onmiddellijk kunnen afkondigen,
waarna wetsontwerpen ter goedkeuring zullen worden ingediend. De Minister-President merkt op,
dat voor de oorlog de Kamers een aantal noodwetten op dezelfde dag van indiening hebben
afgedaan. Minister Samkalden vraagt of hij hieromtrent met de Voorzitters van de Kamers overleg
zal plegen. De Minister-President antwoordt bevestigend.
Spreker stelt vervolgens de kwestie van de bescherming van KPM-schepen door
de marine aan de orde. Minister Staf merkt op ten aanzien van de KPM-schepen, dat de
molestverzekering pas na vier maanden werkt, dit zijn dus nog steeds Nederlandse schepen. Als
een KPM-schip de Nederlandse vlag voert en de Nederlandse kapitein wegens muiterij hulp
vraagt moet elk oorlogsschip van welke nationaliteit ook, hulp verlenen. Een complicatie is nog,
dat KPM-schepen nog wel om Celebes varen. Spreker meent, dat door de verbetering van de
situatie in Indonesië de Groningen weer teruggezonden zou kunnen worden naar Nieuw-Guinea,
maar intussen is de situatie weer even verward geworden als tevoren. Niettemin lijkt het spreker
beter de Groningen naar Nieuw-Guinea te zenden. Deze zou dan in korte tijd weer terug kunnen
zijn. De Minister-President acht dit laatste ook beter, enerzijds tegenover het bestuur van Singapore,
dat heel redelijk en behulpzaam is, anderzijds met het oog op het gevaar van Russische
'vrijwilligers'. Minister Hofstra stelt de vraag of het wegzenden niet nog twee dagen aangekeken kan
worden. Minister Staf zal met de Chef Marinestaf bespreken, dat de Groningen naar Nieuw-
Guinea terug kan, maar dat een definitieve beslissing nog twee dagen zal worden uitgesteld; als de
Minister-President terug is uit Parijs zal dan een definitieve instructie kunnen worden gegeven.
Minister Samkalden acht de argumenten van de Minister-President om de Groningen naar Nieuw-
Guinea te laten terugkeren wel klemmend. De Minister-President is ook van oordeel, dat het verblijf
van de Groningen in Singapore niet te lang meer moet duren. Voorkomen moet worden, dat de
Groningen een KPM-schip, dat nog op Indonesische havens vaart, aanhoudt. Hij stelt voor in
overeenstemming met de suggestie van Minister Staf te besluiten. De Raad verklaart zich hiermede
akkoord.
De Minister-President brengt vervolgens de kwestie van de leiding van de
werkzaamheden in Singapore in bespreking. Minister Klompé had aan Mr. Werner gezegd, dat de
Ministerraad had besloten, dat de kerncommissie zou moeten nagaan wie als leider van de
evacuatiewerkzaamheden naar Singapore zou kunnen worden gezonden. Ter vergadering bleek
echter, dat een van de leden, die inlichtingen bij de Secretaris van de Ministerraad had
ingewonnen, meende, dat in de Ministerraad terzake nog niet een besluit was genomen. Spreekster
acht het daarom wel wenselijk, dat in de Ministerraad aan het einde van dergelijke besprekingen de
conclusies worden geresumeerd teneinde dergelijke misverstanden te voorkomen. Het was ook de
bedoeling, dat de man, die naar Singapore ging, tevens de evacuatiezaken in Australië en Djakarta
zou bekijken.
De Minister-President meent, dat de samenvatting in de notulen van de vorige
vergadering de conclusies op dit punt juist weergeeft. Het is dan een andere zaak of de
kerncommissie, deze zaak nader beziende, tot de conclusie komt, dat het niet wenselijk is een
nieuwe hoge functionaris naar Singapore te zenden, nu uit de berichtgeving van de Consul-
Generaal in Singapore blijkt, dat deze, die zich vroeger een goed organisator heeft getoond, de
zaken geheel in de hand heeft. Spreker had ook niet de gedachte, dat de man van Singapore uit
ook in Djakarta en Australië de zaken zou kunnen bekijken; een belangrijk deel van dit werk zal
men plaatselijk moeten doen.
Minister Suurhoff kan zich indenken, dat bij de druppelsgewijze evacuatie van het
ogenblik geen regeringscommissaris in Singapore nodig is. Als echter een noodevacuatie
plaatsvindt is dat een operatie, waaraan de Consul-Generaal naast zijn gewone werk niet zal
toekomen.
De Minister-President stelt voor in te stemmen met de suggestie van de
kerncommissie om enkele mensen naar Singapore te zenden, waarbij de Consul-Generaal aldaar
de leiding aan het werk geeft. De Raad besluit aldus.
Minister Klompé merkt op, dat van drie kanten organisaties steun aan de evacuatie
willen verlenen. Spreekster heeft hieromtrent gezegd, dat het ongelukkig zou zijn, als men met
drie gironummers inzamelingen voor dit doel zou houden. Daarop heeft het Centrale Comité van
Kerkelijk en Particulier Initiatief voor sociale zorg ten behoeve van de gerepatrieerden (CCKP),
onder voorzitterschap van de heer Moora) een afspraak gemaakt met het Nederlandse Rode
Kruis inzake een gecombineerde geldinzameling en de taakverdeling. In de ingestelde commissie
zijn beide organisaties gelijkelijk vertegenwoordigd, terwijl omtrent de taakverdeling is
afgesproken, dat het Rode Kruis buiten Nederland zal werken en in Nederland alleen het typische
Rode Kruiswerk zal verzorgen. Als derde is werkzaam de Stichting Hulp aan Landgenoten in
Indonesië (voorzitter H.A. Colijn). Het Rode Kruis was niet bereid om met deze groep ook samen
te werken, daar men meende, dat aan deze groep een bepaalde politieke inslag niet vreemd was.
De groep-Colijn was niet bereid haar actie te staken, maar gaat met haar eigen werk door. Zij heeft
zich o.a. gericht tot de Commissarissen van de Koningin in de provincies. Spreekster stelt de vraag
hoe het standpunt der regering zal zijn, als de groep-Colijn mensen naar Singapore zendt.
Minister Hofstra acht het beter als de twee samenwerkende organisaties, die meer
algemeen nationaal georiënteerd zijn, één geldinzamelingsactie voeren. Minister Struycken merkt
op, dat de Commissarissen van de Koningin de instructie hebben af te wachten welk standpunt
ten aanzien van dergelijke organisaties ware in te nemen.
De Minister-President merkt op, dat het Rode Kruis volgens zijn statuten niets mag
doen aan die hulpverlening, waartoe het Rijk verplicht is. Dit houdt de mogelijkheid in, dat
dezelfde moeilijkheden ontstaan als bij de watersnood (toen een bedrag van f. 200 mln. is
binnengekomen) en na de Hongaarse opstand. Thans kan men weer eenzelfde tegenstelling
verwachten. Daarom zal vooruit overleg moeten worden gepleegd voor welke taken het Rode
Kruis (met de CCKP) wil zorgen. Minister Klompé deelt mede, dat overleg tussen haar departement
en het Rode Kruis plaats vond teneinde de hulpverlening elkaar aanvullend te doen zijn.
Minister Hofstra dringt erop aan de toezeggingen, dat zaken voor rijksrekening
genomen worden, zo beperkt mogelijk te houden; dit laat dan ook mogelijkheden van activiteiten
van het Rode Kruis en andere organisaties open.
De Minister-President stelt voor, dat men praktische punten zoals de werkzaamheid
van het Rode Kruis en andere organisaties en de oplossing van valutamoeilijkheden bij de
scheepspassages in de kerncommissie afdoet, zonodig na goedkeuring door de betrokken
ministers, waarbij slechts in bijzondere gevallen een beslissing van de Ministerraad wordt
gevraagd.
Spreker stelt vervolgens de nota van Minister Samkalden inzake de warga negara's
aan de orde. Minister Hofstra is van oordeel, dat Minister Samkalden de lijst van de betrokkenen
aan de Nederlandse zaakgelastigde in Djakarta kan toezenden, doch dat aan hen geen voorrang
moet worden verleend, maar zij veeleer achteraan komen, zij het dat hierop uitzonderingen
mogelijk moeten zijn. De Minister-President kan zich met toezending van de lijsten verenigen, indien
de betrokkenen niet opgeroepen worden; hun zaak kan dus behandeld worden als zij zich melden.
Aangezien deze categorie niet dezelfde risico's loopt als de Nederlanders, is deze behandeling niet
urgent. De Raad verklaart zich hiermede akkoord.
beijk

Re: KPM

Bericht door beijk »

Kabinet 1956

Staand, van links naar rechts:
1. Hofstra
2. Witte
3. Staf
4. Mansholt
5. Algera
6. Suurhoff
7. Middelburg
Zittend, van links naar rechts
8. Zijlstra
9. Klompé
10. Luns
11. Struycken
12. Drees
13. Samkalden
14. Cals
Bijlagen
Kabinet_1956-10-12_-_SFA001006690.jpg
Kabinet_1956-10-12_-_SFA001006690.jpg (64.43 KiB) 3846 keer bekeken


Plaats reactie