Hallo Melle,
Jij weet eenvoudige mensen aardig op het verkeerde been te zetten, man!
In je eerste bericht van twee weken geleden heb je het over Herman Jan Mellema, geboren in 1922 in Rotterdam en, voor zover ik dat kan nagaan, overleden in 2006 in Saint Bernard, Louisiana, USA.
Nu dacht ik eerste instantie dat de man op de foto hierboven die Herman Jan Mellema zou moeten zijn, maar dat kon dus nooit, gezien zijn geboortejaar. De jongeman hierboven is Jules Alphonse Mellema, geboren 24 februari 1892 in Rotterdam, maar op die foto was hj vast en zeker geen kapitein van de
BEVERWIJK. Dat moet een veel eerdere foto zijn uit zijn tijd als stuurmansleerling, zo rond 1910, schat ik. Dat uniform, zonder ook maar een streepje of een ankertje en zelfs geen gouden knopen, is niet dat van een kapitein. Welk schip het wel zou kunnen zijn, kun alleen jij nagaan als je zijn monsterboekje nog ergens zou kunnen achterhalen, of anderszins achter zijn vaartijd zou kunnen komen.
Wat wel mogelijk is, dat is dat hij op 10 mei 1940, toen Nederland bij de oorlog betrokken raakte, kapitein was van de
BEVERWIJK. Die lag toen bij de Hoogovens in IJmuiden en werd door de Duitsers in beslag genomen. In 1941 werd het schip teruggegeven aan de rederij, Erhardt & Dekkers en voer vervolgens tot 1944 onder Nederlandse vlag in Duitse dienst. Daarna werd het schip opnieuw in bslag genomen en aan de Duitse rederij August Bolten gegeven. In 1945 werd het in Hamburg door geallieerde bommen tot zinken gebracht, waarna het schip pas in 1954 werd gelicht en gesloopt.
Intussen moet Jules Mellema al hoog en breed in Engeland hebben gezeten en van daaruit zijn gaan varen. Als hij met de
ALWAKI getorpedeerd is, was hij daar niet als kapitein aan boord, want dat was J.M. Schlögl. De Alwaki had een bemanning van 41 koppen en had bovendien nog 10 passagiers aan boord. Over die torpedering is nogal wat te doen geweest omdat er alleen maar een schok was gevoeld, waarna het schip water begon te maken en slagzij kreeg, maar geen explosie zoals van een torpedo. Daarom werd aan sabotage door een bemaningslid gedacht. Iedereen werd gered en al die mensen werden uitgebreid ondervraagd, maar nergens was een bewijs van sabotage te vinden. Pas na de oorlog bleek dat het schip door twee G7e torpedo's was getroffen, afgevuurd door de U-61 onder Jürgen Oesten. Die zat daar in de Pentland Firth in een bijna onmogelijke positie en liep gevaar te worden geramd, maar viel, geheel volgens de voorschriften wel aan. Hij vuurde die torpedo's af op een afstand van goed 200 meter. wat veel te weinig was. Om te voorkomen dat een torpedo te dicht bij de duikboot ontplofte, stelden ze zich pas tijdens de vaart op scherp en die goed 200 meter bleek te weinig. Toch sloegen ze gaten van voldoende grootte in het schip om het te doen zinken, maar wel zo langzaam dat er voldoende tijd was om het schip ordelijk te verlaten. Intussen ging Oesten er met de U-61 snel vandoor, zonder dat het escorte ooit in de gaten had dat een duikboot in de buurt was. Jürgen Oesten was een zeer succesvol duikbootcommandant. Hij overleed in 2010 op de gezegende leeftijd van bijna 97 jaar, maar dit geheel terzijde.
Hoe het Jules Mellema in Engeland vergaan is en waar hij gevaren heeft en in welke rangen, kan ik niet onmiddellijk nagaan.
Hij overleed op 5 juni 1943 in Wolverhampton (UK). Verder vond ik dit nog over hem...
Daaruit kan ik alleen maar concluderen dat hij bij het uitbreken van de oorlog in Enschede woonde en daar pas in december 1943 is ingeschreven als overleden. Het bericht van zijn overlijden in Engeland zal via het Rode Kruis in Nederland zijn gekomen, wat vaak lang kon duren.