Een lang verhaal...

Een gezellig, leuk en informatief Scheepvaartforum
Fluks
Berichten: 600
Lid geworden op: 20 apr 2012 12:12
Locatie: Dordrecht

Re: Een lang verhaal...

Bericht door Fluks »

Mocht het "Lang verhaal" ooit in boekvorm verschijnen,schrijf ik mij er direct op in.Prachtig!! Groeten,Arie.

Gebruikersavatar
Harry G. Hogeboom
Berichten: 14378
Lid geworden op: 22 jul 2004 02:07
Locatie: Canada

Re: Een lang verhaal...

Bericht door Harry G. Hogeboom »

Lees ik dattie Horsten daar reeds op jonge leeftijd via Wick Radio naar hun beroemde whiskey informeerde, mist ie een Goddelijke kans om z'n lezers over m'n geliefde " Old Pulteney" uut Wick te informeren.Tjaaa dat krijg je dan als een schrijver zich meer aan z'n huiselijke taken dan aan z'n onderzoek moet wijden :mrgreen:

Die Schotse loods die met een flessie " Huppeldepup Cream" werd afgescheept, was waarschijnlijk TE beleefd om referentie naar hun echte lokale goeie whisky te maken.............aaahwel....de leeftijd gaat zo zachies an ook een rol spelen, dus ik zal m'n klep verder maar dicht houden :lol: :roll:


http://www.oldpulteney.com/old-pulteney-whisky/
MVG HGH.
"Don't sweat the small stuff"
Theo Horsten (R.I.P.)

Re: Een lang verhaal...

Bericht door Theo Horsten (R.I.P.) »

    • Harry schreef:mist ie een Goddelijke kans om z'n lezers over m'n geliefde " Old Pulteney" uut Wick te informeren.
-------------------------Afbeelding---Afbeelding---Afbeelding

-------------------------Niet zo ongeduldig, Harry. Je loopt veel te hard op de zaken vooruit. Jouw geliefde Old Pulteney single-malt whisky
-------------------------komt in aflevering 7 van dit lange verhaal ter sprake, zij het zijdelings en in een wat ander verband, maar toch.

------------------------Nose: Medium to high intensity, dry with a hint of sea air
-----------------------------Colour: Deep amber with a slight pink hue
-----------------------------Taste: Dry, medium bodied and smooth with a clean finish: faintly salty with a slight sherry note
Gebruikersavatar
Harry G. Hogeboom
Berichten: 14378
Lid geworden op: 22 jul 2004 02:07
Locatie: Canada

Re: Een lang verhaal...

Bericht door Harry G. Hogeboom »

:lol:
MVG HGH.
"Don't sweat the small stuff"
Mart Hoogedoorn
Berichten: 3818
Lid geworden op: 11 mei 2005 06:59
Locatie: Brasil

Re: Een lang verhaal...

Bericht door Mart Hoogedoorn »

Foto 0254 (640x800).jpg
Foto 0254 (640x800).jpg (72.97 KiB) 2753 keer bekeken
Harry.nu je gepensioeneerd bent.zal je collectie '' thank you captain'' flesjes wel uitgeput raken :wink: Maar ook JW Red is redelijk te pruimen hoor.Ik zelf moet het met minder doen als ''pensionado'' :wink:
''Recht zo ie gaat''Mart.....Een beetje zigzaggen mag ook
Gebruikersavatar
Harry G. Hogeboom
Berichten: 14378
Lid geworden op: 22 jul 2004 02:07
Locatie: Canada

Re: Een lang verhaal...

Bericht door Harry G. Hogeboom »

collectie '' thank you captain'' flesjes
DAT was vroegaaah Martje......in een andere tijd......op een andere plaats :lol: :lol:
Heden ten dage krijg je voor het "verkeerde flessie" .....van de " verkeerde knakker"....op het "verkeerde moment"........prachtig de zak :mrgreen:
MVG HGH.
"Don't sweat the small stuff"
Gert Schouwstra
Berichten: 390
Lid geworden op: 23 sep 2007 19:38
Locatie: Sneek
Contacteer:

Re: Een lang verhaal...

Bericht door Gert Schouwstra »

Theo Horsten schreef:Ik weet werkelijk niet meer hoe de weerberichten toen waren, maar er moet iets zijn geweest dat me op zeker moment op de gedachte bracht: Het Caledonisch Kanaal, dat is er ook nog…
Ik voel hem aankomen Theo: Tenminste, die sluizen zijn 150 voet (45,7 meter) en jouw schip was 80 cm langer. Maar in de breedte had je ruim een meter over, dus je kon er waarschijnlijk schuin in met de kop een stukje over de deur, als ze je daar vergunning voor wilden geven. Of ben je creatief met de snijbrander of de meetbrief geweest? 29 Sluizen in het verschiet met een overmaats schip, dat is dus ouderwets binnenvaartwerk. En inderdaad reden voor een lang en mooi verhaal..... Ik geniet.
Gert
- Varen is Leven -
Theo Horsten (R.I.P.)

Re: Een lang verhaal...

Bericht door Theo Horsten (R.I.P.) »

--------------------------------------------------------------------------Afbeelding

------------------------------------------------------------------------------Nog even geduld. Ik ben verdwaald in Schotland...

----------------------Niet voor niets hadden ze in vroeger jaren vuurtorens op het land gebouwd waarop reizigers zich konden oriënteren, zoals deze op de Lincoln Heath.

---------------------------------------------------------Afbeelding
    • Intussen...
      Met betrekking tot het Caledonisch Kanaal Gert schreef:die sluizen zijn 150 voet (45,7 meter) en jouw schip was 80 cm langer.
      Dat is niet helemaal juist. De lengte die je daar noemt, is de maximum toegestane scheepslengte. De 29 sluizen zijn allemaal 170 voet lang en 38 voet breed. Die breedte is de grootste breedte aan de bovenkant, want de wanden van de sluiskolk zijn niet loodrecht, zoals we in aflevering 7 zullen zien.
      De Delfborg was 48,48 meter o.a., oftewel 159 voet. De grootste breedte was 7,90 meter of 26 voet.

      Maar eh... ook deze keer is de oorzaak van de vertraging het feit dat mijn naspeuringen me op dusdanig interessante paden hebben gebracht, dat ik me daar niet met een jantje-van-leiden af kan maken. Daarnaast moet ik ook nog allerlei klussen opknappen. In de brandende Griekse zon!
      Voor hen die uitkijken naar hun pensioen: denk vooral niet dat je het dan rustiger krijgt en lekker kan doen wat je zelf wil, want dat is een misvatting. :wink:
Gebruikersavatar
Harry G. Hogeboom
Berichten: 14378
Lid geworden op: 22 jul 2004 02:07
Locatie: Canada

Re: Een lang verhaal...

Bericht door Harry G. Hogeboom »

en lekker kan doen wat je zelf wil,
Leg dat eens eventjes duidelijker uit schipper :lol: :mrgreen:
MVG HGH.
"Don't sweat the small stuff"
Theo Horsten (R.I.P.)

Re: Een lang verhaal...

Bericht door Theo Horsten (R.I.P.) »

-------------------------------------------------------------------------------------------------Een lang verhaal (7)

-------------------------------------------------------------------------------------------Afbeelding

--------------------------------------------------------------------------------------------------Een kansarme jongere….

Als je in 1757 op het Schotse platteland geboren wordt als zoon van een schaapherder en je vader overlijdt drie maanden na je geboorte, waarna je door je moeder in grote armoede wordt opgevoed, hoe liggen je kansen dan? Niet erg gunstig, daar kunnen we het, denk ik, wel over eens zijn. Dit overkwam op 9 augustus 1757 een zekere Thomas Telford. Hij was het tweede, maar toch enige kind van John en Janet Telford. Een eerdere Thomas overleed kort na zijn geboorte.
Na het overlijden van John Telford bleven zijn vrouw Janet en Thomas onverzorgd achter en konden alleen overleven met hulp en bijstand van de gemeenschap, de inwoners van het kerkdorp Westerkirk. Dat is in de buurt van Lockerbie, in de regio Dumfies & Galloway. Zodra Thomas daartoe in staat was, hoedde hij de schapen van wijlen zijn vader, maar ging ook naar de lagere school van Westerkirk. Daar leerde hij in elk geval lezen, schrijven en rekenen. Op zijn veertiende kwam hij in de leer bij een steenhouwer. Het eerste wat hij deed toen hij een beetje vaardig werd met de hamer en de beitel, was een fatsoenlijke grafsteen maken voor zijn vader. Daarin beitelde hij...

Ter Nagedachtenis aan John Telford die na drieëndertig jaar als een onbesproken schaapherder te hebben geleefd op 12 Nov. 1757 te Glendinning overleed, en Thomas die op jeugdige leeftijd stierf.

Zelf overleed Thomas Telford op 2 september 1834 in Londen. Hij werd begraven in Westminster Abbey, niet een zijbeuk, maar in het "schip" van de kerk, de plaats waar vele beroemde Britten hun laatste rustplaats vonden, meer dan tweehonderd, waaronder - zomaar willekeurig gekozen - Charles Darwin en Charles Dickens, Isaac Newton en Laurence Olivier, maar ook koningen en koninginnen.

-----Afbeelding..Afbeelding.. Afbeelding

Van die grafsteen van John Telford in dat kerkdorp in de prachtig groene “glen” Eskdale – zie foto in het midden – tot dat graf in Westminster Abbey, is een nog langer verhaal dan dat waar ik mee bezig ben, maar ook deze keer is het weer een buitengewoon interessant verhaal. Die kansarme jongen, zoon van een straatarme Schotse schaapherder, met alleen maar lager onderwijs, ontwikkelde zich tot een van de grootste ingenieurs van het Verenigd Koninkrijk van de 18de eeuw en een man van wereldformaat.
Dat hij zich zo kon ontwikkelen, was niet alleen te danken aan zijn eigen intelligentie en doorzettingsvermogen, maar ook – en misschien wel in het bijzonder – aan het feit dat het van jongs af aan, tot aan zijn dood, een heel sympathiek mens moet zijn geweest. Ik heb in de afgelopen twee weken heel wat uren aan hem besteed en over hem gelezen, maar daarbij kwam die indruk heel sterk naar voren. Dat en een dosis geluk waar niemand zonder kan. Het was gewoon een aardige, goedlachse jongen die op het goede moment de juiste mensen ontmoette.
Hij werkte elf jaar, van zijn veertiende tot zijn vijfentwintigste, als steenhouwer in zijn eigen omgeving, in Eskdale en Westerkirk, waar hij samen met de baas bij wie hij in de leer was, voornamelijk voor de plaatselijke landadel werkte. Ze deden onderhoudswerk aan hun landhuizen en bouwden woningen voor de pachters en de arbeiders die bij deze landheren in dienst waren. Zodoende kon het gebeuren dat hij de aandacht trok van oudere dame, ene miss Elizabeth Pasley. Die bezat een bescheiden bibliotheek en toen ze in de gaten kreeg dat Tom Telford niet alleen een aardige jongen was, maar ook pienter en leergierig, zei ze dat ze hem met alle genoegen wat boeken wilde lenen. Het verhaal wil dat Tom de hele bibliotheek las, wat de basis moet hebben gevormd voor zijn verdere ontwikkeling en opleiding. Even verderop zullen we Miss Pasley nog een keer tegenkomen.
Ik ga de zaak kortsluiten om het verhaal niet al te lang te maken. Het is namelijk bijzonder verleidelijk om steeds dieper in het leven van Thomas Telford te duiken. Wel kan ik iedereen die dit leest aanraden óm dat ook eens te doen. Google op de naam: Thomas Telford en zie waar je in terechtkomt: in het leven van een genie, niets meer en niets minder.
Ik laat het eerst bij de vermelding dat de jonge Tom Telfort zich daar, in de buurt van Eskdale en Langholm en ook in Edinburgh in de kijkerd werkte, daar komt het op neer. Hij viel op door zijn werklust, zijn enthousiasme, zijn intelligentie en inventiviteit. Het was geen jongen die alleen maar van ruwe moppen steen mooie vierkante blokken kon maken; wat hem vooral interesseerde, was wat je er daarna mee kon doen. Wat je ervan kon bouwen en hoe dat dan moest en hoe het eventueel beter kon.

Afbeelding . Afbeelding . Afbeelding . Afbeelding

Links het huis waarin Tom Telford opgroeide, de brug bij Langholm waar hij als leerling aan meewerkte, zijn "mason's mark" en helemaal rechts de eerste strofen van een lang gedicht dat hij in die jaren al schreef.

In 1782 besluit Telford dat hij het in en rondom zijn geboortestreek nu wel bekeken heeft en dat hij, wil hij verder komen in de wereld, naar Londen zal moeten. Nu was dat gemakkelijker gezegd dan gedaan, want tot die tijd had hij al zijn omzwervingen te voet gedaan. Edinburgh was 120 kilometer lopen en dat ging nog, maar Londen was meer dan 500 kilometer en dat is een hele wandeling. Gelukkig kwam ook daar een oplossing voor. Tom had een neef, een zekere Mr. Jackson, die rentmeester was bij Sir James Johnstone een van de locale landheren. Die Sir James had een paard dat naar een van zijn familieleden in Londen moest en daarom zocht hij iemand die dat karweitje voor hem kon opknappen. Jackson zei tegen zijn baas dat zijn jonge neef Tom daar geknipt voor was en dat verschafte Tom Telford zijn vervoer naar Londen. Bij het paard werd geen zadel geleverd, maar Tom was gewend aan “rough-riding”, dus ook dat was geen bezwaar. Bovendien was zijn neef Jackson zo vriendelijk om hem zijn geitenleren broek te lenen. Vele jaren later, toen Thomas Telford een beroemd man was geworden, vertelde Jackson bij elke voorkomende gelegenheid dat hij degene was geweest die Tom letterlijk “op het paard” had geholpen, een verhaal dat hij onveranderlijk besloot met: “Maar mijn broek heeft ie nooit teruggestuurd!”

Afbeelding Afbeelding Afbeelding

In Londen aangekomen, levert Tom Telford dat paard keurig ter bestemder plaatse af. Vervolgens gaat hij de brief bezorgen die de oude juffrouw Pasley – die met de bibliotheek waaruit Tom boeken mocht lenen – hem had meegegeven voor haar broer, John Pasley, destijds een bekend en gerespecteerd koopman in Londen. In die brief verzocht zijn zuster hem om de jonge Tom Telford een beetje op weg te helpen in Londen.
Pasley gaf hem een introductiebrief voor Sir William Chambers, toen een gevierd architect in Engeland, die op dat moment bezig was Somerset House te bouwen. Dat was toen zo ongeveer het mooiste gebouw van Londen en is ook nu nog een bezienswaardigheid. Het wordt vaak als filmlocatie gebruikt, onder andere in twee James-Bondfilms. Hierboven links William Chambers en in het midden Somerset House. Chambers nam Telford onmiddellijk aan, wat niet zo verwonderlijk was omdat er een chronisch gebrek aan goede steenhouwers was. Voor Tom Telford was het een prachtige kans om zijn kennis van de architectuur te verrijken en de modernste technieken te leren.

Vanaf hier gaan we grote sprongen maken. In de tijd dat Thomas Telford aan Somerset House werkte, leerde hij een zekere Mr. Pulteney kennen. Die vroeg Telfords advies over bepaalde veranderingen aan het grote huis in Telfords geboortestreek, het huis van Sir James Johnstone, de man door wie Telford met dat paard naar Londen was gestuurd. Dat hij dat vroeg was niet verwonderlijk, omdat William Pulteney de tweede zoon van James Johnstone was. De naam Pulteney had hij aangenomen toen hij met een zekere Frances Pulteney trouwde die zoveel geld meebracht dat hij het niet meer dan billijk vond om dan haar naam maar aan te nemen in plaats dat zij haar naam voor hem veranderde. Tja, wie de centen heeft maakt tenslotte de dienst uit. Later erfde William de adelijke titel van zijn in 1797 overleden oudere broer James en werd het Sir William Pulteney. Hij werd een van de rijkste en op zeker moment zelfs dé rijkste man van het Verenigd Koninkrijk en hij zou een grote rol spelen in het leven en de carrière van Thomas Telford.
Maar voor het zover was, maakte Telford in 1784 eerst promotie van steenhouwer bij het Somerset House project tot voorman bij de bouw van een aantal gebouwen op de marinewerf van Portsmouth, waaronder het house voor de Commissioner van Portsmouth Dockyard, het gebouw op de rechter foto. Het was een van de eerste huizen in Engeland met een toilet dat je kon doorspoelen, een bewijs dat Tom Telford vooraan liep bij de ontwikkelingen.

En waarom zit ik nou maar steeds te zeuren over die Thomas Telford, die zoon van een arme schaapherder die steenhouwersleerling werd en die na zijn leerlingetijd eerst naar Edinburgh en later te paard naar Londen trok? Omdat Thomas Telford niet alleen een van de grootste ingeneurs van het Verenigd Koninkrijk, van Europa en zelfs van de wereld werd, maar vooral om het bijna onvoorstelbare aantal projecten dat hij op zijn naam had staan. Toch had ik nog nooit van hem gehoord en dat verwondert me eigenlijk een beetje. Hoe kun je zo iemand al die jaren over het hoofd zien en kom je hem pas bij het schrijven van een verhaaltje over een reis met een kop-en-kontboot vol met maisgries van Oldenburg naar Belfast van zesenveertig jaar geleden tegen? Ik vind dat merkwaardig.

------------------- AfbeeldingAfbeeldingAfbeeldingAfbeelding

In aflevering 5 van dit lange verhaal kwamen we William Arrol tegen, de man die de Forth Bridge bouwde, de brug over de River Tay en de Tower Bridge en daarover zei ik toen:
    • …. de Schotse ingenieur en constructeur William Arrol (1839-1913), vanaf 1890 Sir William Arrol. Die was op zijn negende aan het werk gegaan in een katoenspinnerij, kwam op zijn dertiende bij een smid in de leer, ging naar de avondschool en kreeg in 1863 een baantje bij een firma in Glasgow die bruggen bouwde. Negen jaar later, hij was toen net 33 jaar oud, begon hij een eigen bedrijf, de Dalmarnock Iron Works. Opnieuw ga ik het lange verhaal kort houden: hij werd een van de grootste bruggenbouwers ter wereld.
      Hij bouwde onder meer de Forth Bridge – wat een poosje het achtste wereldwonder was – een nieuwe brug over de River Tay bij Dundee, die eerder in elkaar was gestort waarbij negentig mensen omkwamen en de Tower Bridge. Ik zei “onder meer”, want er zijn nog een aantal bekende bruggen die door hem werden gebouwd zoals een brug over de Nijl, een brug in Australië en de enorme “transporter bridge” over de Mersey.
Ook dat was een selfmade man die veel voor Groot-Brittannië heeft betekend, maar hij wordt daarbij volledig overschaduwd door Thomas Telford, de steenhouwer uit Schotland. De bruggen die Thomas Telford bouwde, worden niet in tientallen en zelfs niet in honderdtallen, maar in duizenden geteld. Thomas Telford was vooral bruggenbouwer en wegenbouwer. Alleen al in de Schotse Hooglanden bouwde hij 1900 kilometer aan nieuwe en verbeterde wegen met daarbij maar liefst 1100 bruggen. Volgens het ICE, het Britse Institute of Civil Engineers waarvan Telford in 1820 de eerste president werd, zette zijn werk de ontwikkeling en beschaving aldaar honderd jaar vooruit.
Maar hij deed nog veel en veel meer, zoveel dat ik moeite heb om te besluiten wat hier wel en niet te noemen, want alles noemen is volslagen onmogelijk. Uiteraard wil ik met dit verhaal ook een bepaalde richting uit en daarom laat ik de bruggen en wegen die Telford bouwde eerst even liggen en ga ik naar zijn havenwerken. Ook dat waren meer dan 100 projecten. Hoe kun je het in hemelsnaam in één leven voor elkaar krijgen?
Die havenwerken begonnen in 1801 met Wick Harbour en waren een initiatief van Telfords vriend en beschermheer Sir William Pulteney. Die was bestuurslid van de British Fisheries Society en had het plan opgevat om de Britse visserij en dan vooral de haringvisserij te moderniseren en te organiseren om zodoende de concurrentie met de Hollandse haringvissers beter aan te kunnen. Wick was in die tijd nog helemaal geen vissershaven en daarom kreeg Telford de opdracht om aan de zuidkant van het Wick estuarium een volledig nieuwe nederzetting te bouwen. Die werd – terecht – Pulteneytown gedoopt. Het bleef tot 1902 een zelfstandige gemeente waarna die werd samengevoegd met Wick.

De bouw van die nieuwe haringhaven was een fors karwei dat in 1813 werd afgerond. Daarna groeide Wick uit tot een van de grootste haringhavens ter werel, waar tien jaar later meer dan 1000 vissersschepen geregistreerd waren en 7000 mensen werk vonden. Die lusten allemaal wel een slokje en er waren dan ook een aantal illegale drankstokerijen, tot er in 1826 een whiskydistilleerderij werd gebouwd die de naam van de stichter van de nieuwe visserijhaven meekreeg: Old Pulteney. De man zelf, Sir William Pultney, was al in 1804 overleden, maar zijn naam leeft voort in de wereldberoemde single malt die in oktober 2011 met 97,5 van de mogelijke 100 punten verkozen werd tot “World Whisky of the Year”.
In de loop der jaren is het bedrijf verschillende keren in andere handen overgegaan en ook enige jaren gesloten geweest. In 1995 ging het bedrijf over naar Inver House Distillers en is daarmee op papier een puur Schots bedrijf, maar in werkelijkheid is het eigendom van Thai Beverage, een van de grootste drankfabrikanten en –distributeurs van Zuidoost-Azië. Dit alles ter informatie van geïnteresseerden die zich afvroegen wie de tegenwoordige eigenaars waren. Aan de kwaliteit van het product doet dit echter niets af en het zijn ook nog altijd dezelfde twee oude ketels waarin het wordt gestookt. De distilleerderij heeft een capaciteit van 1 miljoen liter per jaar en de malt wordt onder meer door Ballantine gebruikt voor hun blend.

----------------- Afbeelding-- Afbeelding -- Afbeelding -- Afbeelding

Terug naar Thomas Telford die na Wick nog vele havens onder handen nam, te veel om op te noemen. Laat ik een uitzonderig maken voor St. Katherine’s Docks, aan de noordoever van de Thames, direct ten oosten van de Tower Bridge. Dat 11 hectare grote terrein werd tussen 1824 en 1828 onder zijn leiding ontwikkeld tot het voor die tijd modernste dock met twee bassins, alles “state of the art”, met zeer ingenieuze hydraulische technieken om het water op het gewenste peil te brengen en te houden. Maar de grootste bekendheid heeft Telford toch wel gekregen door de bruggen en aquaducten en de duizenden kilometers wegen die hij bouwde.

En dan de vele kanalen die hij aanlegde en waar ik natuurlijk van het begin af aan heen wilde, want ook het Caledonisch Kanaal was een van zijn scheppingen. Dat was het derde kanaal waar hij aan begon. Het eerste was het Ellesmere Canal dat tussen 1793 en 1805 werd gebouwd en waarvoor het Pontcysyllte Aquaduct moest worden gebouwd over de vallei van de River Dee. Het voert hier allemaal te ver. Google op Thomas Telford, of klik om te beginnen eens HIER om een indruk te krijgen van de bruggen die hij bouwde. Het is ongelofelijk; er komt geen einde aan. Een van de mooiste vind ik de brug over de Menai Strait, die gebouwd moest worden toen Telford de weg aanlegde van Londen naar Holyhead, de weg die nu nog altijd wordt gebruikt als de A5. Als aardige bijzonderheid kan hierbij nog worden vermeld dat de weg direct na het oversteken van de Menai Strait door de plaats met de langste naam in het Verenigd Koninkrijk en een van de langste plaatsnamen in de werld loopt, namelijk– en spreekt u het maar even uit: Llanfairpwllgwyngyllgogerychwyrndrobwllllantysiliogogogoch. Het uitspreken ervan kost 5 seconden. Ook een leuke om te spellen en volgens mij ook een heel aardige voor de sparksen onder ons.

Hieronder de brug over de Menai Strait en het Pontcysyllte Aquaduct…

--------------Afbeelding-- Afbeelding
--------------Foto Menai Strait Bridge: Bencherlite.------------------------------------------------------ Foto Pontcysyllte Aquaduct: Akke Monasso

Op de bouw van het Caledonisch Kanaal zal ik in aflevering 8 uitvoerig ingaan. Ik lig tenslotte nog steeds in Peterhead met de Delfborg en zit te dubben wat ik zal gaan doen. Laat ik nu alvast vertellen dat de bouw van het kanaal in 1803 begon en pas in 1822 werd afgerond, want het was geen eenvoudig karwei. Dat lag niet aan Telford, maar veel meer aan de bureaucratie, de politieke ontwikkelingen en allerlei strubbelingen. In 1806 werd hij door de Zweedse koning Karel XIII gevraagd een plan op te stellen voor een kanaal dat het Vänermeer met de Oostzee zou verbinden, het Götakanaal. Daarmee zou de verbinding met de Noordzee voltooid zijn, want het Trollhättankanaal dat Gothenburg met het Vänermeer verbond, was er al. In 1808 reisde hij naar Zweden en zette daar samen met baron Baltzar von Platen in twee maanden tijd het hele 190 km lange tracé van het kanaal uit. Op zich al een prestatie. Zijn plannen werden goedgekeurd en het werk, waarvan de kosten geraamd werden op 240 miljoen Zweedse “Riksdaler”, wat overeenkwam met 50 miljoen pond, nam een aanvang.
Van de 190 km die het kanaal lang was, moest 87 km worden uitgegraven en opgeblazen. Alfred Nobel was nog niet geboren en het dynamiet nog niet uitgevonden, dus dat moest allemaal met zwart kruit gebeuren. Het kanaal varieerde in breedte van 7 tot 14 meter en had een diepte van 3 meter. Er moesten 58 sluizen worden gebouwd, precies twee keer zoveel als in het Caledonisch Kanaal. Toen het klaar was, was het kanaal toegankelijk voor schepen tot 32 meter, met een breedte van maximum 7 meter en een diepgang van niet meer dan 2,80 meter. Het was het grootste project dat ooit in Zweden was ondernomen en het werd een enorm succes. Thomas Telford werd door de Zweedse koning in de adelstand verheven, werd toegelaten tot de Koninklijke Zweedse Academie voor Wetenschappen – een eerbiedwaardig gezelschap dat nog altijd bestaat en onder andere de Nobelprijzen toekent – en bovendien kreeg hij een in diamanten gevat portret van de koning. We mogen gerust zeggen dat Telford in Zweden met roem en eer werd beladen en een gevierd man was. Het Caledonisch kanaal daarentegen, wat minstens zo’n zwaar karwei was, is in feite een mislukking geworden, wat – nogmaals – niet de schuld van Thomas Telford was. Toch kreeg hij, onverdiend, alle kritiek over zich heen. Maar daarover later meer.
Ik lig nog steeds in Peterhead Bay met mijn lading maisgries voor Belfast en denk, zonder ooit van die herdersjongen uit Eskdale te hebben gehoord: het Caledonisch Kanaal…
  • © 2013 Theo Horsten


Plaats reactie