Misbruik van vissersschepen in WO II

Een gezellig, leuk en informatief Scheepvaartforum
pietes

Misbruik van vissersschepen in WO II

Bericht door pietes »

Ik ben nieuw op deze site; voor wat betreft mijzelf zal ik het hier kort houden. U kunt meer over mij vinden onder http://nl.wikipedia.org/wiki/Piet_Spaans. Ik doe thans onderzoek naar het gebruik van vissersschepen die spionagewerk verrichtten in WO II. Onderstaand meer daarover.

Het oneigenlijke gebruik van Nederlandse vissersschepen door de Duitse bezettingsmacht in WO II liet destijds niet al te lang op zich wachten. In de meeste gevallen werden de door haar in beslag genomen schepen aangepast aan de eisen en/of behoeften van die bezettingsmacht. Maar in andere gevallen lijkt dit juist níét wenselijk te zijn geweest. Want de Duitse bezetter kon ook vissersvaartuigen gebruiken zonder deze af te takelen en/of om te bouwen. En aldus blijkt aan een aantal van deze schepen en hun achtergronden een stukje oorlogsgeschiedenis verbonden dat tot nog toe weinig de publiciteit heeft gevonden.

Het gaat dus om in zee vissende schepen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Daaronder bevonden zich namelijk vaartuigen die visten voor de schijn, want hun visserij was slechts een bijzaak. De hoofdzaak lag in handen van een op het schip geplaatste persoon die merkwaardigerwijs niet op de monsterrol van het schip stond vermeld, overigens een strafbaar feit. Het betrof dan ook geen visser, hij maakte evenmin deel uit van de bemanning maar hij was heel wezenlijk een collaborerende landgenoot die door de Duitse bezettingsmacht – met name door de Kriegsmarine – vrijwillig was opgeleid tot marconist. Een dergelijke specialist werkte op het betrokken vissersschip vanuit het zogeheten achterin, het verblijf van de schipper van het vaartuig. Met zijn steeds aan boord gebrachte apparatuur – tot aan dat moment consequent opgeborgen in een koffer – seinde een dergelijke marconist of, zo men wil spion, vanuit zee actuele gegevens over die voor de bezettende macht van oorlogsbelang konden worden geacht.

Men kan zich afvragen welke instantie feitelijk toezicht had moeten houden op de dubieuze gang van zaken. En wie droeg in feite de verantwoordelijkheid voor de levens van de verdere bemanningsleden? Immers, buiten de schipper en de reder hadden dezen geen weet van de bezigheden van dit extra ‘bemanningslid’ bij hen aan boord. Een van mijn geraadpleegde - en thans nog in leven zijnde - bronnen vertelde mij dat zijn schip, met twee andere schepen, als regel in de haven van Delfzijl was afgemeerd. Voordien lagen deze 'spionageschepen' nog in IJmuiden maar kennelijk zijn ze na september 1944 naar Delfzijl uitgeweken. Aan boord van elk van die drie 'spionageschepen' was een V-Mann, zoals een dergelijke marconist door de Duitsers werd genoemd. Twee van de drie schepen vertrokken op 19 maart 1945 vanuit Delfzijl naar zee om zogenaamd te gaan vissen; het schip van mijn verteller moest echter brandstof halen in Emden, de Duitse overbuur van Delfzijl. Het is opmerkelijk dat van de beide naar zee vertrokken schepen nooit meer iets is vernomen. Men spreekt over slecht weer maar het is wel héél toevallig dat dan de beide schepen daarvan het slachtoffer zouden zijn geworden. En dit terwijl ze óók nog beide een marconist aan boord hadden die minimaal een noodsein had kunnen uitzenden

Het is verder ongetwijfeld zo dat de geallieerden in die periode al ruimschoots op de hoogte waren van het bestaan van dergelijke spionageschepen en van hun kenmerken – in dit geval de SCH 65 en de IJM 263 – en het is meer dan waarschijnlijk dat de beide schepen door de geallieerden tot zinken zijn gebracht. Zie hiervoor ook een artikel in De Scheveningsche Courant van 17 februari 2010 van Bert van der Toorn die daarin iets dergelijks meldde. Daarmee komt ook een mogelijke schuldvraag bovendrijven want, waren er geen V-Männer – dus die marconisten – aan boord geweest dan waren deze schepen naar verwachting niet vermist geraakt en waren de bemanningen, in het totaal 20 mensen, vermoedelijk gespaard gebleven. IK vraag mij af wie met het bovenstaande bekend is en wie wellicht aanvullende gegevens over deze, wat mysterieuze, vloot van 'spionageschepen' kan verstrekken. Tot slot nog dit: eerder schreef ik in ongeveer een zelfde kader het artikel over de Nederlandsche Zeereddingsdienst in WOII dat onder meer op internet (http://www.scheveningen-nu.nl/verhalen/ ... ans-02.php) is terug te vinden.

© Piet Spaans
historisch publicist en auteur
Den Haag

pietes

Re: Misbruik van vissersschepen in WO II

Bericht door pietes »

Inhakend op mijn bovenstaande oproep volgt hieronder goeddeels de tekst van een artikel dat op 29 augustus 2007 stond afgedrukt in De Scheveningsche Courant. Het verduidelijkt enigszins de achtergrond van het onderwerp.

De mislukte actie van de spionage-logger KW 110

Vandaag precies 65 jaar geleden – dus op 29 augustus 1942 – voer een Katwijks vissersschip, de logger KW 110, vanaf IJmuiden zogenaamd uit ter haringvisserij met de vleet. Zogenaamd, want de werkelijkheid bleek een andere. De schipper van de betrokken logger was de Scheveninger Piet Grootveld. Deze had voordien een tiental jaren gevaren als schipper voor Scheveningse rederijen.
Piet Grootveld, had, naast zijn reguliere bemanning, opmerkelijkerwijs ook een marconist aan boord. Dit was uitzonderlijk daar iets dergelijks op de Nederlandse vissersvloot in die jaren als onbestaanbaar gold. De werkelijkheid was echter dat Grootveld met zijn logger, die was uitgerust met een vleet en met een daarop aansluitende bemanning, slechts zogenaamd zou gaan vissen op haring.

Spionage
In plaats daarvan zou de schipper met zijn logger op de Noordzee spionagebezigheden gaan verrichten voor de vijandelijke bezetter. Op zo’n 150 mijl uit de Nederlandse kust, gerekend vanaf IJmuiden, zou het vissersvaartuig zijn ligplaats kiezen. Vanaf die plaats zou de marconist – uiteraard met voorkennis van schipper Grootveld – voortdurend contact onderhouden met de vaste wal en door middel hiervan de Duitse Wehrmacht waarschuwen wanneer geallieerde bommenwerpers over de Noordzee zouden vliegen richting Duitsland. Vanwege de afstand van 150 mijl waarop de geallieerde vliegtuigen reeds boven de Noordzee door het spionageschip konden worden waargenomen zouden de Duitsers in staat worden gesteld, hun luchtafweergeschut en hun jachtvliegtuigen gevechtsklaar te maken om aldus de overvliegende luchtvloot te bestrijden. Dit zou dan de levens van vele geallieerde vliegers hebben gekost, ware het niet dat de bemanning van het vissersschip onder leiding van de stuurman Jacob de Mos op 30 augustus 1942 adequaat ingreep.

Verder weg in zee
Vanwege het toenemende aantal geallieerde vliegbewegingen in de loop van 1942 werd de Duitse bezetter er steeds meer toe gedwongen, nog vroegtijdiger dan tevoren alarm te slaan. En zoiets kon uitsluitend door het stationeren van een als vissersvaartuig vermomd spionageschip en dit dan zo ver als mogelijk verwijderd van de Nederlandse kust en ergens op de Noordzee. De toen nog jonge Scheveninger Jacob de Mos, zojuist als stuurman aangemonsterd op deze KW-110, was echter via het binnenlandse verzet op de hoogte gebracht van de spionageplannen. Samen met de goeddeels uit Scheveningse, en inmiddels ook ingelichte, bemanning greep De Mos dan ook op 30 augustus om 19.50 uur en op een afstand van 150 mijl van IJmuiden in en stelde de schipper Piet Grootveld en diens marconist Dijkstra onder arrest; diezelfde avond om 20.15 uur had men aan boord de zaak onder controle. Het dreigende gevaar dat de Duitsgezinde marconist nog contact met de wal zou opnemen kon gelukkig worden voorkomen.

Angst voor snelboten
In het slechtste geval hadden snelboten van de Duitse Kriegsmarine vanuit IJmuiden nog met hoge snelheid de logger kunnen bereiken en de bemanning kunnen arresteren; dit zou hen zonder meer het leven hebben gekost. De logger zette daarom met spoed koers richting Engeland waar men op 31 augustus 1942 aankwam te Scarborough. De schipper Grootveld en de marconist Dijkstra werden meteen in verzekerde bewaring gesteld; ze zijn uiteindelijk voor de verdere duur van de oorlog geïnterneerd op het Britse eiland Man.

Koninklijk onderscheiden
Jacob de Mos nam in Engeland weldra dienst bij de Koninklijke Marine en stelde, in tegenstelling tot zijn toenmalige schipper Piet Grootveld, zijn leven veelvuldig in de waagschaal in een verlangen naar vrede. In latere jaren werd hij een actieve organisator binnen de vereniging van oud-veteranen; hij werd naast andere onderscheidingen ook begiftigd met een koninklijke onderscheiding. De Mos is nu 88 jaar oud en heeft de meeste van de belevenissen uit zijn bewogen leven intussen aan het papier toevertrouwd. Wellicht zullen deze te zijner tijd in boekvorm verschijnen.

Bron: De Scheveningsche Courant 29.08.2007
prenter
Berichten: 13
Lid geworden op: 01 okt 2012 16:50

Re: Misbruik van vissersschepen in WO II

Bericht door prenter »

De mislukte actie van de spionage-logger KW 110

De aangegeven datum v.w.b. de aankomst in Engeland en in welke haven is niet juist gebleken. De datum van aankomst was 1 september 1942 en de plaats van aankomst West Hartlepool.

Piet Spaans (pietes)
06.01 2014
rinusn
Berichten: 33
Lid geworden op: 26 aug 2013 10:23

Re: Misbruik van vissersschepen in WO II

Bericht door rinusn »

hallo piet nieuw plekje gevonden
prenter
Berichten: 13
Lid geworden op: 01 okt 2012 16:50

Re: Misbruik van vissersschepen in WO II

Bericht door prenter »

Schuldvraag rond KW 110

De wetenschapster Agnes Dessing promoveerde in 2004 op haar proefschrift Tulpen voor Wilhelmina waarna daarover ook een boek verscheen. Het handelt over de Engelandvaarten in WO II. Agnes Dessing beschrijft o.m. de oversteek naar Engeland op 29 augustus 1942 van het vissersschip KW 110 dat voer onder leiding van de schipper Pieter Grootveld sr. Na de verschijning van haar boek werd Dessing aangevallen door verwanten van Grootveld sr vanwege haar weergave van de geschiedenis rond de Engelandvaarder, de logger KW 110. Van de zijde van schipper Grootvelds verwanten werd een rectificatie geëist. Grootveld zou namelijk, in tegenstelling met Dessings lezing, niets van spionagedoeleinden middels vissersschepen hebben geweten. Een der verwanten vocht anoniem Dessings publicatie aan. Hij/zij eiste bij een aantal artikelen dat direct of indirect handelde over de oversteek van de KW 110 en over haar schipper Pieter Grootveld sr. een rectificatie. Deze kwam overeen met de rectificatie welke aan Dessings proefschrift werd opgelegd. De aangetroffen rectificatie luidde:

M.b.t. de ontsnapping van de Katwijk 110 in augustus 1942, op touw gezet door J. de Mos, is de rol van schipper P. Grootveld (1888-1986) onjuist weergegeven. Grootveld was geen lid of sympathisant van de NSB, noch was hij pro-Duits.’ Hij wist niet, dat zijn schip, de Katwijk 110, voor Duitse spionagedoeleinden gebruikt werd.

Een uitvoerige rapportage van de Britse Intelligence Service toont echter een geheel ander beeld. De tegenargumenten bleken voor zich te spreken. In oktober 1941 vertrok Pieter Grootveld sr. naar zee met de logger IJM 225 met tevens aan boord de marconist en V-Mann W.A.J. Maarleveld. De -bewapende- V-Mann verbleef in het logies van de schipper van waaruit hij zijn seintoestel bediende om aan de Kriegsmarine informatie door te geven. Daar dit plaatsvond in schipper Grootvelds logies móét het spionagewerk door Pieter Grootveld sr. zijn bemerkt. Deze reis was dan ook schipper Grootvelds eerste kennismaking met het bestaan van - en het werken op een spionagelogger. In het voorjaar van 1942 sprak de toen weer werkloze Pieter Grootveld sr. met Jan Dirk Vader, een landgenoot die in dienst was van de Hafenüberwachungsstelle van IJmuiden. Vader was ook min of meer betrokken bij de maritieme spionage-activiteiten die geleid werden door de Abwehrmann Friedrich Carl Heinrich Strauch. Zij bespraken de mogelijkheid van een plaats voor Pieter Grootveld sr. als schipper op een logger. Dit was de tweede maal dat Pieter Grootveld sr. onloochenbaar werd bepaald bij het bestaan van spionageloggers, V-Männer én met het bestaan van de marineofficier Strauch. De vrijwillige dienstbaarheid jegens de Duitsers liep in het gezin van schipper Grootveld door. De schipper besprak namelijk een mogelijke toetreding van zijn zoon en naamgenoot Pieter jr. tot de marconisten die als V-Männer, vertrouwensmannen (feitelijke spionnen) voor de Duitsers aan boord van bepaalde vissersschepen opereerden.

Grootvelds oudste zoon, Ment Grootveld geheten, trad korte tijd later ook toe tot de groep maritieme V-Männer. Aan hem werd na de oorlog het Nederlanderschap en het kiesrecht ontnomen. In de daaropvolgende maanden had vader Pieter Grootveld sr. voor een plaatsing op een vissersschip tot driemaal toe een persoonlijk contact met de Abwehrmann Strauch. Dit alles werd door Grootveld sr. steeds ontkend. De laatste maal betrof het 21 augustus 1942. Voordien had Grootveld sr. samen met Jan Dirk Vader de Kapitänleutnant Strauch ontmoet in het Hotel 1. te IJmuiden, waarna hij door Strauch 's avonds bij hem thuis, in Bloemendaal, werd ontvangen. De derde ontmoeting met Strauch was op 21 augustus 1942. Daarbij ontmoette Pieter Grootveld sr. de V-Mann Johannes Dijkstra die de komende reis als spion/marconist met hem aan boord zou komen. Grootveld vertelde onder meer aan Dijkstra dat zijn zoon Pieter óók als V-Mann functioneerde. Samenvattend is Pieter Grootveld sr. vijf maal geconfronteerd geworden met het gegeven 'spionagelogger'. Pieter Grootveld sr. werd op 20 augustus 1946 onvoorwaardelijk buiten vervolging, en dus in vrijheid, gesteld. Tot aan dat moment, tot 20 augustus 1946, kon Pieter Grootvelds verweer - tegen beter weten in - luiden dat hij geen kennis had van het bestaan van vissersschepen die voor spionage-doelstellingen bestemd waren, ook niet over dat van de KW 110. Geen getuigen of voorhanden zijnde documentatie konden tijdens het dienen van de rechtszaak concreet het tegendeel aantonen.

Enkele maanden na de onvoorwaardelijke invrijheidsstelling echter arriveerde bij de betrokken autoriteiten een op 19 oktober 1946 gedateerde brief met daarbij een zeer uitvoerige rapportage. Het ging om een breed uitvoerig document over schipper Pieter Grootveld sr., V-Mann Johannes Dijkstra en de KW 110, afkomstig van de Britse Intelligence Service en nader geregistreerd als: N.A. Dossier inv.nr. 62742. Bijlage bij brief Bureau Nationale Veiligheid, afdeling Opsporingsdienst dd. 19 October 1946. Nrs. OD/D 5295/46 en D 6601. Omschrijving: Rapport over het M/v. Gijsbert Karel van Hogendorp, ook bekend als KW 110. Maar, alhoewel de rapportage voldoende belastend was - zie boven - kon niets daarvan nog de onvoorwaardelijke buitenvervolgingstelling en de geeiste (en uitgekeerde) schadeloosstelling aantasten. Wat wel overeind is gebleven is het meervoudige gegeven dat Pieter Grootveld sr. destijds volledig bekend is geweest met de maritieme spionage en met de daarbij betrokken vissersschepen. De geëiste rectificatie door een der verwanten van de schipper Pieter Grootveld sr. en de vermeende onbekendheid met de maritieme spionage van de laatstgenoemde komt in het licht van de rapportage van 19 oktober 1946 dan ook onrechtmatig - want gebaseerd op onwaarheden - voor.
genealogiepay
Berichten: 1
Lid geworden op: 23 mar 2019 10:45

Re: Misbruik van vissersschepen in WO II

Bericht door genealogiepay »

Dit verhaal vertoont overeenkomsten met het verhaal van Pieter-Schippers, David Davids en Arthur Pay, die op 22 maart de zeebenen namen naar Margate vanuit IJmuiden. Schippers had ook voor Strauch gewerkt, werd ontmaskerd bij aankomst, geinterneerd en na de bevrijding berecht. Davids en Pay werden als Engelandvaarders erkend en bekroond met een Bronzen Kruis.
Momenteel bezig met het schrijven van een publicatie voor het NISA, dus alle info over de "Vloot van de WA" is welkom. Dank.
wil51
Berichten: 81
Lid geworden op: 20 jan 2010 11:56

Re: Misbruik van vissersschepen in WO II

Bericht door wil51 »

Arie van der Veer uit Ijmuiden was de man die na de oorlog vele vissersschepen opspoorde die in Duitse handen waren gevallen.
prenter
Berichten: 13
Lid geworden op: 01 okt 2012 16:50

Re: Misbruik van vissersschepen in WO II

Bericht door prenter »

Ik heb onder Prenter zojuist een lang artikel geplaatst maar hen in plaats van Pietes mijn andere naam Prenter gebruikt. Is mijn tekst nog te redden.
Met groet,
Pietes
prenter
Berichten: 13
Lid geworden op: 01 okt 2012 16:50

Re: Misbruik van vissersschepen in WO II

Bericht door prenter »

genealogiepay schreef: 23 mar 2019 11:00 Dit verhaal vertoont overeenkomsten met het verhaal van Pieter-Schippers, David Davids en Arthur Pay, die op 22 maart de zeebenen namen naar Margate vanuit IJmuiden. Schippers had ook voor Strauch gewerkt, werd ontmaskerd bij aankomst, geinterneerd en na de bevrijding berecht. Davids en Pay werden als Engelandvaarders erkend en bekroond met een Bronzen Kruis.
Momenteel bezig met het schrijven van een publicatie voor het NISA, dus alle info over de "Vloot van de WA" is welkom. Dank.
Mijn beste,
Voor je jouw publicatie afrondt, verander dan eerst de naam van Piet Schipper. Een s-je teveel zou jammer zijn bij een dergelijk college
Succes ermee. Met vriendengroet
Prenter
prenter
Berichten: 13
Lid geworden op: 01 okt 2012 16:50

Re: Misbruik van vissersschepen in WO II

Bericht door prenter »

Beste mensen, ik ben intussen jaren verder. Ik heb enkele weken geleden een uitvoerig bericht naar Kombuispraat gemaild maar deze is niet geplaatst of niet in de box terecht gekomen. Daarom in het kort het volgende. Ik ben druk bezig met het boek over de Spionageloggers. Ik heb 23 hoofdstukken klaar maar er volgen er nog meer. Het materiaal wat ik voorhanden heb is zoveel dat ik moet gaan kiezen. Jullie herinneringen je nog wel de naam Strauch, in feite de uitvoerder van het Kriegsmarine-project. Strauch is dik in de fout gegaan en de Admiral der Niederlande heeft hem in 1943 uit het project weggezuiverd en naar Parijs overgeplaatst en de Abwehr heeft vanuit Berlijn het project als afgesloten verklaard. Maar Strauch heeft in IJmuiden nog zoveel achtergelaten dat ik maanden bezig zal zijn om dit op schrift te stellen. De naam wordt: Strauchs maritieme spionage. Nóg een verrassing; ik heb besloten, het boek in IJmuiden te gaan presenteren. Verder heb ik het Havenmuseum gekozen of zij de gastheren willen zijn en dat is ja... Val hen daarover nog niet lastig want alles is nog vers. Verder is de financiering een heikel punt want naar het geld moet worden gezocht aangezien ik dat niet op zak heb. Maar ik ga door tot ik aan het gaatje. Ik ben nog jong van geest wáár de leeftijd een beetje vóórloopt, bijna 90 jaar. Maar een leeftijd is alleen maar een administratief gegeven. So wait and see! Groet aan allen, Piet Spaans, historisch publicist en auteur


Plaats reactie